Of je nu campagnes draait via Google Ads, Facebook Ads, of geïnvesteerd hebt in e-mail campagnes, je wilt altijd weten welk bedrijf jouw website heeft bezocht dankzij jouw marketing campagnes. Google Analytics kan je hierbij helpen, maar Leadinfo neemt je net een stap verder door de bedrijven te identificeren die op jouw advertenties hebben geklikt. Hierdoor kun je direct een opvolging uitvoeren en de ROI van jouw betaalde campagnes verhogen.💰 📈
Stel triggers in op basis van campagnes
Triggers helpen je om bedrijven automatisch een label te geven. In dit artikel geven we uitgebreide uitleg over hoe jij bedrijven automatisch kunt labelen wanneer zij jouw website bezoeken via een marketing campagne. We zullen de volgende campagnes bespreken:
Google Ads
Om de prestaties en conversie van jouw campagnes te meten, voegt Google een unieke Google Click ID (gclid) toe aan elke URL. Je kunt deze gclid gebruiken om de bedrijven te identificeren die jouw website hebben bezocht via een Google advertentie.
Stap 1: Maak een label aan waarmee je direct ziet waar het bedrijf vandaan komt. Bijvoorbeeld "Google Ads". Lees hier meer over het beheren van labels.
Stap 2: geef de trigger een unieke naam, zoals "Google Ads".
Stap 3: Selecteer onder "regels" de regel "URL van huidig bezoek". Zorg ervoor dat je "bevat" hebt geselecteerd en vul "gclid" in.
Stap 4: Selecteer onder "Actie" de actie "Label toewijzen" en kies uit het menu het label die je in stap 1 hebt gemaakt.
Stap 5: Sla de trigger op!
Vanaf nu krijgen bedrijven die via een Google-advertentie jouw website hebben bezocht het label "Google Ads". Houd er rekening mee dat de trigger niet met terugwerkende kracht werkt.
Bing Ads
Om de prestaties en conversie van jouw campagnes te meten, voegt Bing een unieke Microsoft Click ID (MSCLKID) toe aan elke URL. Je kunt deze MSCLKID gebruiken om de bedrijven te identificeren die jouw website hebben bezocht via een Bing advertentie.
Stap 1: Maak een label aan waarmee je direct ziet waar het bedrijf vandaan komt. Bijvoorbeeld "Bing Ads". Lees hier meer over het beheren van labels.
Stap 2: geef de trigger een unieke naam, zoals "Bing Ads".
Stap 3: Selecteer onder "regels" de regel "URL van huidig bezoek". Zorg ervoor dat je "bevat" hebt geselecteerd en vul "MSCLKID" in.
Stap 4: Selecteer onder "Actie" de actie "Label toewijzen" en kies uit het menu het label die je in stap 1 hebt gemaakt.
Stap 5: Sla de trigger op!
Vanaf nu krijgen bedrijven die via een Bing-advertentie jouw website hebben bezocht het label "Bing Ads". Houd er rekening mee dat de trigger niet met terugwerkende kracht werkt.
Facebook Ads
Om de prestaties en conversie van jouw campagnes te meten, voegt Facebook een unieke Facebook Click ID (fbclid) toe aan elke URL. Je kunt deze fbclid gebruiken om de bedrijven te identificeren die jouw website hebben bezocht via een Facebook advertentie.
Stap 1: Maak een label aan waarmee je direct ziet waar het bedrijf vandaan komt. Bijvoorbeeld "Facebook Ads". Lees hier meer over het beheren van labels.
Stap 2: geef de trigger een unieke naam, zoals 'Facebook Ads'.
Stap 3: Selecteer onder "regels" de regel "URL van huidig bezoek". Zorg ervoor dat je "bevat" hebt geselecteerd en vul "fbclid" in.
Stap 4: Selecteer onder "Actie" de actie "Label toewijzen" en kies uit het menu het label die je in stap 1 hebt gemaakt.
Stap 5: Sla de trigger op!
Vanaf nu krijgen bedrijven die via een Facebook advertentie jouw website hebben bezocht het label "Facebook Ads". Houd er rekening mee dat de trigger niet met terugwerkende kracht werkt.
Gebruik UTM-tags voor overige platformen
Niet elk social media platform voegt een unieke Click ID toe aan de URL. Om nog steeds bedrijven te volgen die afkomstig zijn van een LinkedIn of een e-mailcampagne, moet je UTM-tags gebruiken. UTM-tags (Urchin Tracking Modules) zijn tags die aan het einde van een URL worden toegevoegd. Het wordt meestal gebruikt om de effectiviteit van online-marketingcampagnes in Google Analytics te meten. Jij kunt het gebruiken om bedrijven in Leadinfo te identificeren die de website hebben bezocht via een specifieke campagne.
Er zijn vijf verschillende UTM-tags. We lichten de 3 belangrijkste uit.
-
Campagnebron - Deze tag wordt gebruikt om de bron te identificeren die aan de URL is gekoppeld.
Bijvoorbeeld: utm_source = LinkedIn -
Campagnemedium - Deze tag wordt gebruikt om het medium te identificeren dat aan de URL is gekoppeld.
Bijvoorbeeld: utm_medium = ads -
Campagnenaam - Deze tag wordt gebruikt om de campagnenaam te identificeren die aan de URL is gekoppeld.
Bijvoorbeeld: utm_source = zomer
Je URL ziet er dan als volgt uit:
www.voorbeeld.nl/?utm_source=LinkedIn&utm_medium=ads&utm_campaign=zomer
Om jouw eigen UTM-tags te maken, kun je de handige tool van Google hier gebruiken of een kijkje nemen in de vele UTM-tagging sheets die hier beschikbaar zijn.
Zo stel je de trigger in
Je kunt de URL die je hebt aangemaakt gebruiken als basis voor je trigger.
Stap 1: Maak een label aan waarmee je direct ziet waar het bedrijf vandaan komt. Bijvoorbeeld "LinkedIn Zomer campagne". Lees hier meer over het beheren van labels.
Stap 2: geef de trigger een unieke naam, zoals "LinkedIn".
Stap 3: Selecteer onder "regels" de regel "URL van huidige bezoek". Zorg ervoor dat je "bevat" hebt geselecteerd en vul "utm_campaign=summer" in.
Stap 4: Selecteer onder "Actie" de actie "Label toewijzen" en kies uit het menu het label die je in stap 1 hebt gemaakt.
Stap 5: Sla de trigger op!
Vanaf nu kun je bedrijven identificeren die via specifieke campagnes op jouw website zijn gekomen.